Kan ook het schieten met een camera dodelijk zijn? Het antwoord op die vraag is: Ja. Indirect kan het fotografen van een dier in de natuur dat dier zijn leven kosten. Zo bleek deze week maar weer in het Brabantse natuurgebied Maashorst, waar een fotograaf door een tauros op de horens werd genomen.
Je zou verwachten dat iedereen zo onderhand wel weet dat het aanhalen en voeren van in het wild leven dieren onverstandig is. En dat borden ‘afstand houden’ er niet voor niets staan en dus ook gelden voor de homo fotograficus. Maar dat alles weerhield de heer in kwestie er niet van om een taurosstier zo dicht te naderen dat deze hem kon spietsen.
In dit geval had de stier geluk: zijn eigenaar denkt er (nog) niet aan om hem afmaken. Voor andere – minder kostbare – grote grazers betekent een incident als dit wel degelijk een enkele reis naar het slachthuis. Volgens ecoloog Leo Linnartz, worden dieren met (voor mensen) ongewenst gedrag door beheerders van natuurgebieden ‘verwijderd’: ‘Dat is een continu proces. Die dieren gaan dan naar de slager.’
Het overkwam in augustus 2018 twee koniks op de Waalstrandjes bij Nijmegen op een haar na. Zij waren zo vaak gevoerd door badgasten, dat zij volgens hun eigenaar ‘niet meer te redden’ waren: ‘Deze paarden zijn zo vermenselijkt dat we dit gedrag niet meer af kunnen leren.’ (Na protesten werden de dieren alsnog verplaatst naar een gebied zonder mensen.)
Een ding is zeker: de dieren zijn steevast het lijdend voorwerp. Ze hebben niets in te brengen. Zij moeten leven in gebieden die wij afpalen en waarvan wij zeggen dat ze zich er ‘vrij’ mogen bewegen. Totdat ze iets doen waar ‘wij’ niet van gediend zijn. Dan gaat het belang van mensen zonder uitzondering boven het belang van dieren. Zo ook in Maashorst. Daar staat volgens een woordvoerder de veiligheid van de – al dan niet fotograferende – bezoekers voorop.
We gaan er niet voor zorgen dat bezoekers zich aan de regels houden; nee we gaan de natuur aanpassen! Zodat mensen die die paar regeltjes aan hun wandelschoenen lappen, niet meer (te) dicht bij de dieren kunnen komen.
De vraag die mij bezighoudt is: Wat bezielt mensen om alle gebods- en verbodsborden te negeren, en zo in het wild levende dieren (maar ook zichzelf en hun kinderen) in gevaar te brengen?
En hoe gaan wij dieren beschermen tegen de domheid en het egocentrisme van mensen?
Mensen hebben geen flauw benul meer van wat ‘wild’ is, concludeert ecoloog Hugh Jansma in een artikel over de Waalstrand-koniks: ‘Huisdieren zijn ons bekend. Die kunnen we voeren, maar het gaat hier om wilde dieren.’ ‘We maken dieren dood op deze manier.’
Ook expert dierengedrag Machteld van Dierendonck weet uit eigen ervaring hoe mensen zich misdragen in de natuur: ‘Ik zag laatst een meisje, zittend op een Schotse hooglander, gefotografeerd worden door haar vader. Als je die mensen vervolgens aanspreekt, snappen ze niet eens dat ze iets fout doen.’
Veel hoop heb ik niet voor de dieren. Ook Dierendonck en Jansma zijn het erover eens dat het bijna onmogelijk is om er iets aan te doen. Jansma: ‘Het besef moet eens landen dat we hier met wilde dieren te maken hebben’.
‘Uiteindelijk kiezen mensen toch vaak voor zichzelf.’
Zolang menselijke bezoekers centraal staan en niet de echte bewoners, de dieren die afhankelijk zijn van die natuurgebieden, zal er niets veranderen.
En de dieren? Die doen wat ze altijd hebben gedaan. Ze gaan zo goed en zo kwaad als het gaat hun natuurlijke gang. En dan maar hopen dat ze geen tripje slachthuis cadeau krijgen van een bezoeker...
In ruil voor een fotootje op Facebook.
Bronnen
Wilde paarden lokken, aaien en voeren? Dat kan veel kwaad
Incident met stier als in Maashorst zeldzaam, maar risico is er altijd