Mijn huisgenoot Bas kent nu zo’n zes woorden. Uitspreken kan hij deze niet, Bas is een kat. Dat hij geen mensentaal kan spreken, betekent niet dat hij niet kan nadenken of niets voelt, zoals eeuwenlang de gangbare opvatting was. Hij is prima in staat om mij duidelijk te maken wat hij wil en hoe hij zich voelt. Iets wat de meeste ‘baasjes’ zullen herkennen. Want, schrijft Eva Meijer: ‘Ken je een dier goed, dan begrijp je hem of haar vaak prima, beter dan een mens uit een totaal andere cultuur’ of de buurvrouw...
‘Als je geluk hebt, ontmoet je een dier dat met je wil praten.’ zo begint Meijer haar boek Dierentalen. ‘Als je nog meer geluk hebt, ontmoet je een dier dat de tijd en de moeite neemt je te leren kennen. In mijn ervaring zijn de meeste dieren niet te beroerd om een praatje te maken. Ze zijn ook genereus in wat ze bereid zijn te vertellen. Met sommige dieren kun je hechte relaties aangaan. Zo’n relatie kan je niet alleen veel over het dier in kwestie leren, maar ook over taal, en over jezelf.’
Het uitgangspunt voor Meijer in haar boek is dat dieren taal hebben, in relatie tot elkaar en in relatie tot mensen. Hoe meer er bekend wordt over dierentalen, hoe duidelijker het wordt hoe complex deze kunnen zijn. Veel complexer dan we nu kunnen begrijpen. Dieren kunnen niet alleen veel meer zeggen dan we ooit hadden kunnen dromen, ze kúnnen ook meer. Meijer laat er in haar boek een groot aantal voorbeelden van voorbijkomen. Er zijn dieren die soortgenoten bij naam kennen, andere begraven hun soortgenoten, kennen ingewikkelde rouwrituelen of zingen liefdesliedjes. Er zijn zelfs dieren die zichzelf bewust van het leven beroven.
Na het lezen van Dierentalen, zullen de meeste mensen niet meer kunnen (of zelfs maar willen) ontkennen dat dieren ‘taalloos’ zijn. ‘Vanuit een evolutionair perspectief zou het vreemd zijn dat mensen taal hebben en dieren niets vergelijkbaars, dat er een harde grens zou zijn tussen taal en communicatie op basis van instinct’, concludeert Meijer. ‘Honden zijn gaan blaffen om met mensen te communiceren en mensen hebben geleerd naar dat blaffen te luisteren’, zegt ze. Katten miauwen om dezelfde reden. Gedomesticeerde dieren hebben zichzelf dus geleerd om met ons, mensen te communiceren:
‘de mogelijkheid van een gedeelde taal laat zich niet tegenhouden door een vacht of een staart’.
Wij vinden onze taal uniek, ‘maar de talen van andere dieren zijn dat ook’. Mensen oefenen grote invloed uit op de levens van dieren, zegt ze. Zonder dat dieren daar iets over te zeggen hebben. ‘We moeten met ze in gesprek.’
‘Hoe we over dieren denken is verbonden met hoe we ze behandelen’, aldus Meijer. Beter naar dieren luisteren vereist dat we anders moeten gaan denken. Als wij de wereld bekijken door hun ogen, zijn we gedwongen kritisch te kijken naar welke positie we ze in onze maatschappij toebedelen. Dit is niet alleen positief voor dieren, ook mensen hebben een wereld te winnen, want zegt ze: ‘Mee kunnen kijken door hun ogen verrijkt je eigen leven en laat het anders zien.’
Bron: Dierentalen | Eva Meijer